Zoveel eigen geld heb je nodig voor een gemiddelde hypotheek
In dit artikel:
Kopen van een huis in Nederland is duur en bijna altijd niet in één keer te betalen, daarom nemen kopers een hypotheek. Toch dekt die niet alle kosten: kopers moeten eigen geld meenemen. Hoeveel verschilt per situatie, maar reken grofweg op 4–6% van de koopsom. Als voorbeeld: bij een woning van €507.000 komt dat neer op ongeveer €20.280–€30.420; bij €390.000 betekent het zo’n €15.600–€23.400.
Verplichte kosten die je zelf betaalt zijn de kosten koper (k.k.) — overdrachtsbelasting, notariskosten en kadasterkosten. Voor starters tussen 18 en 35 geldt in 2025 een vrijstelling van de overdrachtsbelasting bij de eerste koopwoning tot €525.000, waardoor die groep minder eigen geld nodig heeft. Eerder kon je sommige afhandelingskosten nog meefinancieren; dat is tegenwoordig niet meer gebruikelijk.
Daarnaast zijn er veelvoorkomende, maar niet verplichte, uitgaven: makelaarskosten, taxatiekosten en keuringen. Die komen bovenop de k.k.-posten en moeten ook uit eigen middelen worden voldaan.
Een belangrijke optionele post is de Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Die biedt bescherming als je met restschuld komt te zitten en geeft doorgaans een lagere rente. NHG is alleen mogelijk bij huizen tot maximaal €450.000; de premie is 0,4% van de hypotheek (bij een hypotheek van €390.000 is dat eenmalig €1.560).
Het precieze benodigde eigen geld hangt dus af van de koopsom, leeftijd/startsituatie (door de overdrachtsbelastingvrijstelling) en of je optionele diensten zoals NHG kiest. Doordat huizenprijzen blijven stijgen nemen ook de mee te brengen kosten toe; wie wil weten welk inkomen tegenwoordig nodig is voor een gemiddelde hypotheek wordt in het origineel naar verdere berekeningen verwezen.