In Tibet leven nu geëvolueerde mensen en het is geen SciFi-film

In dit artikel:

Wetenschappers hebben in Tibet, specifiek in het Nepalees Upper Mustang, een nieuwe ‘geëvolueerde menssoort’ ontdekt die zich heeft aangepast aan de extreme omstandigheden van hooggebergte. Deze gemeenschap, die al tienduizend jaar op een hoogte boven de 3.500 meter woont, heeft unieke fysiologische aanpassingen ontwikkeld, waaronder een grotere linkerhartkamer. Dit stelt hen in staat om efficiënter bloed door hun lichaam te pompen, wat cruciaal is in de dunne lucht van deze hoogtes.

Een recent gepubliceerd onderzoek in het wetenschappelijk tijdschrift PNAS wijst uit dat natuurlijke selectie een belangrijke rol speelt in deze aanpassingen. Het blijkt dat Tibetanen met een brede hartkamer meer kans hebben om zich voort te planten. Vrouwen met deze aanpassing kunnen hun zwangerschappen onder de zware omstandigheden beter volhouden, waardoor deze eigenschap doorgegeven wordt aan volgende generaties.

Daarnaast hebben deze Tibetanen een hoger hemoglobine-niveau, wat hen helpt om beter met zuurstof om te gaan en hen meer energie, een verbeterd uithoudingsvermogen en een sneller herstel biedt na lichamelijke inspanning. Hierdoor presteren ze niet alleen beter in bergachtige gebieden, maar zou hun fysieke capaciteit ook andere sporten zoals wielrennen kunnen beïnvloeden.