De arbeidsethos per EU-land: Nederland ten onrechte lui genoemd

In dit artikel:

Nederlanders lijken in internationale ranglijsten vaak weinig te werken: gemiddeld 31,6 uur per week per werknemer (in een EU-vergelijking zelfs 32,1 uur), wat hen onderaan zet. Opinieleider Sander Schimmelpenninck gebruikte die cijfers om te stellen dat Nederland een cultuur van “deeltijddecadentie” kent en dat mensen — en met name vrouwen die weinig werken — meer uren zouden moeten maken.

Manners trekt dat beeld echter in twijfel door een andere maatstaf te gebruiken: het aantal gewerkte uren gerelateerd aan de arbeidsparticipatie. Nederland heeft met 83,5% de hoogste participatiegraad ter wereld; vrijwel meer mensen (mannen én vrouwen) doen mee op de arbeidsmarkt dan in welk ander land ook. Wanneer je het totaal aantal uren verdeelt over álle potentiële werkenden komt een eerlijker beeld naar voren: gemiddeld werkt een Nederlander tussen 20 en 64 jaar circa 26,8 uur per week. In een gecorrigeerde EU-ranglijst schuift Nederland op van de onderste plek naar plek 18 van 24 landen.

De conclusie: Nederlanders werken per werkende persoon iets minder uren, maar doordat uitzonderlijk veel mensen werken is de werkinspanning per inwoner niet uitzonderlijk laag. Dat nuanceert het beeld dat we “te lui” zouden zijn en benadrukt het belang van het meetinstrument bij vergelijkingen over arbeidstijd en arbeidsmarktdeelneming.